Manifest voor de beroepsidentiteit

We kennen niet alleen transities rondom duurzaamheid of zorg. Eigenlijk is de beweging naar minder regels en protocollen en het meer centraal stellen van de professional ook een transitie. In die transitie draait het niet simpelweg om het ontwikkelen van professionals, maar krijgt werk andere vormen, beweegt leiderschap mee, veranderen systemen. ‘Beroepen’ vragen daarbinnen speciale aandacht, terwijl een aantal van de huidige bewegingen (in loopbanen en in opleidingen) daar juist tegenin gaan en beroepsidentiteit onder druk zetten.

Beroepsidentiteiten staan echter onder druk. Manon Ruijters heeft samen met collega’s een manifest geschreven over de beroepsidentiteit, een oproep aan opleiders, begeleiders en anderen om er meer zorg en aandacht aan te besteden. Zonder dat vormt de huidige aandacht voor personaliseren en flexibiliseren een serieus risico. Dan werken we niet toe naar wendbare, sterke professionals, maar staan professionaliteit, interprofessionele samenwerking, en ook het persoonlijk en professionele welzijn van onze professionals op het spel.

Dit manifest is een noodkreet om het beroepsframe en de beroepsidentiteit niet verloren te laten gaan. Sterker nog, het is een oproep om hieraan meer aandacht te besteden! Het is juist de beroepsidentiteit die onze toekomstige beroepsbeoefenaren referentiekader geeft om zelf een plek te vinden, om zich toe te verhouden, om stevig te staan, en ook om te gebruiken als springplank voor andere keuzes, voor verbreding en verdieping. Het is de beroepsidentiteit die zorgt dat professionals zich kunnen verhouden tot anderen. Het is de beroepsidentiteit die meerwaarde en houvast geeft in het interdisciplinair samenwerken. 

Het manifest is tegelijkertijd ook een alarmbel. Met de aandacht voor flexibilisering en personalisering bedienen we vooral de persoon van de student en diens persoonlijke ideeën over zijn beroepstoekomst. Maar dat gaat slechts over een onderdeel van de persoonlijke professionele ontwikkeling (de ‘onderkant’ van het model). Maar hoe kunnen studenten zich ‘separeren’, zich ontwikkelen als unieke professional, als ze nergens aan kunnen refereren? Als je draait aan de knoppen van personaliseren en flexibiliseren, dan moet je ook draaien aan de knop van beroepsidentiteit (samenhang en referentiekader).

In het manifest reiken Manon en collega’s een aantal denkrichtingen en aandachtspunten aan. Samengevat komen die hierop neer:

  1. Neem verantwoordelijkheid voor (het ontwikkelen en onderhouden van) een beroepsframe, en zoek dus naar onderliggende samenhang in datgene wat je aanbiedt om leren en ontwikkelen te ondersteunen.
  2. Besteed vroeg in de opleiding voldoende aandacht aan het leren kennen van en verbinden met dat beroepsframe en het ontwikkelen van een beroepsidentiteit.
  3. Werk aan de ontwikkelidentiteit van studenten. Een leven lang ontwikkelen is een kwaliteit die niet vanzelf ontstaat en meer nodig heeft dan reguliere studieloopbaanbegeleiding.
  4. Heb aandacht voor de identiteit waarmee studenten instromen, en realiseer je dat verandering van beroep echt aandacht vraagt.
  5. Werk naar het einde van een leerpad ook aan voldoende zicht op de eigen professionele identiteit van studenten, zodat ze met zelfinzicht en een sterk begin van hun professionele identiteit aan hun (nieuwe) loopbaan beginnen. 

Download hier het Manifest voor de beroepsidentiteit (2021).

Het verschijnen van het manifest is ook opgepikt door de Sociaal-Economische Raad (SER) en op hun website gepubliceerd: