Professionalisering leidt nog niet tot professionaliteit
Een nieuwe stap, een nieuw bedrijf en dus ook weer nieuwe teksten voor LinkedIn en andere profielpagina’s. Het is een mooi moment om bijna intuïtief te ondervinden wat blijft en wat verandert. Wat keer op keer blijft, zijn deze zinnen:
‘Leren en ontwikkelen in de volle breedte is niet alléén je hoofd gebruiken, kennis opdoen, maar óók je verbeelding gebruiken, tussen de regels door lezen, je intuïtie benutten, je opvattingen blijven onderzoeken en weten waar je voor staat. Leren en ontwikkelen zijn kernprocessen in ons leven. Ze zijn de brandstoffen van onze groei. Vaak zien we dat het leren te smal wordt ingevuld, wordt uitgekleed en losgetrokken van werk en leven.’
Wat verandert, zijn de strategieën om hiermee om te gaan. Eén van mijn eerste strategieën was de introductie van de leervoorkeuren. Van recentere datum en breed gedragen is de aandacht voor het informele leren. Ik denk dat beide strategieën hun impact hebben gehad, maar beiden toch teveel onder vakgenoten en te weinig op die plaatsen in organisaties waar het eigenlijk het meest nodig is.
Dat komt, denk ik, doordat in beide benadering gedacht wordt vanuit de leerwereld zelf. Als je ervan bent, dan heeft het betekenis, maar als je er niet van bent, dan zijn het nuances waar je de toegevoegde waarde niet zo snel van ziet. We klagen vervolgens dat het informele leren wordt ingezet als bezuinigingsmaatregel. Maar is dat niet een logisch gevolg van onze boodschap?
De vraagstukken die ik regelmatig tegenkom bij besturen en managementteams gaan niet over informeel, formeel of andere vormen van leren. Waar het om gaat is het realiseren van professionaliteit. Bijna automatisch volgt: we moeten meer doen aan professionalisering.
Voor degene die dit spoor volgen, voor wie dit logisch in de oren klinkt is dit uw wake-up-call: ‘professionalisering leidt nog niet tot professionaliteit’. Professionalisering leidt tot een toename in kennis, vaardigheden, inzichten, competenties. Professionaliteit gaat om meer dan dat! Ik zet de belangrijkste punten even op een rij:
- Professionaliteit is veel minder grijpbaar dan kennis, vaardigheden en dergelijke. Wat wel of niet professioneel is, wordt zichtbaar in de praktijk. En wat de ene keer uitermate professioneel is, is dat de andere keer totaal niet. Het draait voor een groot deel om situatiespecifieke afwegingen, om maatwerk leveren, om innovatief, daadkrachtig, standvastig, moedig zijn. Om intuitie bouwen en benutten, maar dat vervolgens ook onderzoeken. Het gaat om de manier waarop je in je vak staat, om reflectief practiseren en daarmee karakter en deugd ontwikkelen
- Professionaliteit is niet alleen een contextspecifieke, maar ook een persoonsspecifieke kwaliteit. Professionaliteit omschrijven is lastig, maar iemand in gedachten nemen die professioneel is en die omschrijven, dat gaat prima. Over het algemeen zijn dat professionals die weten wat hun beweegt, waar ze van zijn, waar ze voor staan, hoe het eigen leren en ontwikkelen actief vorm te geven en kansen optimaal te benutten. Kortom: het zijn mensen die niet alleen goed bij zijn in hun vak, maar ook mensen met een sterke professionele identiteit.
- Tenslotte vergeten we vaak dat professionaliteit een collectieve kwaliteit is. Terwijl professionalisering een individuele activiteit is. Ik kan nog zo mijn best doen om professioneel te handelen, maar daarin ben ik afhankelijk van de mensen om me heen. Van mijn secretaresse bijvoorbeeld, van mijn collega’s waarmee ik een klas oppak, van de gewoonten in een organisatie. Zelfsturing is dus samensturing.
De totale ‘professionele ontwikkeling’ is veel breder dan de professionalisering die wij inrichten. De drie elementen die ik er hier uitlicht, die leer je niet in de bekende opleidingsstructuur, maar elk van hen is zeker wel ‘te organiseren’. Ik zou er heel wat voor over hebben, als organisaties gaan denken vanuit dit brede begrip ‘professionele ontwikkeling’ in plaats van professionalisering. Dat begint met te overzien wat dat ‘totaal’ eigenlijk is.
Laat ik een kleine voorzet doen en mijn lijstje geven voor wat professionele ontwikkeling minimaal zou kunnen omvat (gebaseerd op Je Binnenste Buiten):
Op institutioneel niveau:
- Aangehaakt zijn bij organisatiebrede ontwikkelingen
- Op de hoogte zijn van fundamentele ontwikkelingen in het vak
Op teamniveau:
- Aandacht hebben voor ontwikkelingen van het professionele frame van de groepen waar je onderdeel van uitmaakt
- Reflectief praktiseren
Op individueel niveau:
- Ontwikkeling van eigen kennisbasis en expertise
- Zelfkennis
- Onderzoeken en onderhouden van je professionele identiteit
Ik ben benieuwd naar herkenning op dit vraagstuk en reacties op deze indeling!