Op naar meer goed werk in 2019!

Ruim een jaar geleden (eind 2017) hadden we een naam, Good Work Company, een berg nieuwe mogelijkheden en weinig grenzen. De afgelopen week, tijdens onze kerstvakantie, keken we terug op alles wat 2018 ons heeft gebracht aan nieuwe inzichten, relaties, publicaties, spannende en rijke ervaringen. Wauw, wat een rijkdom! We hebben een klein overzicht gemaakt met enkele hoogtepunten. Daarmee doen we het jaar eigenlijk te kort, maar we vinden het wel leuk om dit in ieder geval te delen.

Drie nieuwe boeken

Queeste voor Goed werk

Eigenlijk lag het manuscript van de Queeste er al op 21 november 2017. Om mij (Manon) voor te bereiden op mijn oratie had ik mezelf de ruimte gegeven om vrij te denken en te wensen: waar staan we nu in onze organisaties van professionals, wat kom ik tegen, waar lopen we op vast en welke mogelijkheden zie ik om een volgende stap te maken? Het werd een boek over professionals en de lerende organisatie, over de balans tussen leren en realiseren en hoe je daarvoor beter Goed Werk als doel kunt stellen, dan het leren zelf. Op 20 september hielden we het boek ter doop, in de tuin van Annemarieke in Laren In een klein gezelschap, met een glas wijn en goed gesprek. Inmiddels zijn er alweer heel wat stappen gezet en krijgen zaken steeds meer handen en voeten.

Leiderschap van de programmamanager

Samen met Helmuth Stoop en Jo Bos schreef ik (Björn) het boek Leiderschap van de programmamanager. Op 4 december is het boek officieel gelanceerd bij VRIJ in Culemborg tijdens een prachtig mooi feestje met vrienden, relaties en een flink aantal programmamanagers. In het boek zijn 14 thema’s uitgewerkt die het fundament vormen onder het leiderschap van een programmamanager, zoals het bouwen aan vertrouwen en het omgaan met macht. Per thema hebben we theorie en praktische handvatten opgenomen. Daarmee willen we programmamanagers aanzetten tot gerichte reflectie op de eigen rolopvatting en rolinvulling. Er zijn al verschillende mooie reviews over het boek verschenen en daar zijn we natuurlijk megatrots op!

Vakgenootschappen

Een vak kennen, is één ding, maar je vak in de context en met anderen optimaal te laten werken, dat is nog een heel ander ding. Professionalisering is een goede basis, maar professionalisering leidt nog niet tot professionaliteit. En dat is eigenlijk waar we wel behoefte aan hebben. Het werken in vakcirkels doet dat wel. Met vakcirkels verwijzen we naar groepen professionals die elkaar opzoeken en met elkaar vormgeven aan hun eigen ontwikkeling, de ontwikkeling van hun vak en de context waarin ze bewegen. Vakcirkels zijn een specifieke uitwerking van vakgenootschappen. De afgelopen jaren hebben we er binnen de provincie Zuid-Holland volop mee geëxperimenteerd en schreven we- Ingeborg Weltevrede, Bob Houtkamp en ik – er een boekje over. Dat boek is op de dag van de Vakgenootschappen op 20 november, bij REMISE in Den Haag aangeboden aan Jan van Ginkel. De Vigilate, het digitale magazine van de provincie deed er verslag van. Je kunt het bericht hier downloaden.

Drie nieuwe ontwikkelingen

Professionalisering en professionaliteit

Al jaren staat de professional centraal in mijn (Manons) werk. In het verlengde gaat het dan vaak over professionalisering, maar daar heb ik dan weer verdacht weinig mee. Dan heb ik het liever over professionele ontwikkeling. En ‘professionaliteit’ dan? Best een moeilijk woord om vast te pakken, maar het lukte aardig dat te vermijden. Aan zo’n kop in het zand actie zit natuurlijk een uiterste houdbaarheidsdatum. Die was dit jaar overschreden. Tijd om het vast te pakken. Inmiddels is de drieluik professionalisering (het leren van een vak), professionele ontwikkeling (jezelf en je vak in onderlinge relatie ontwikkelen) en ten slotte professionaliteit (werken aan jezelf en je vak in de context van een organisatie) een veelbelovende drieluik geworden en gaan puzzels over vragen als: Hoe wakker je professionaliteit eigenlijk aan? Hoe vergroot je het eigenaarschap voor dat vak? Wat is dan de rol van de manager en wat ligt bij de professional zelf? Meer informatie volgt ongetwijfeld!

Aan het werk als programmamanager

Na flink wat jaren adviseren over programmamanagement en begeleiden van programmamanagers in hun dagelijkse praktijk heb ik (Björn) in 2018 weer de handschoen opgepakt om zelf programmamanager te zijn. In dit geval bij de gemeente Den Haag, voor het programma dienstverlening bij de dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Een uitdagende klus, omdat de dienst echt een slag wil maken in haar relatie met de burger en daarbij onder andere meer wil leren van klantsignalen: hoe ervaart de burger de dienstverlening? Een mooie aanleiding om vanuit die praktijk ook aan de slag te gaan met de theorievorming over programmamanagement, zoals ik beschrijf in Werken aan Programma’s. De vraag die zich dan meteen opdringt: waar ga ik nuanceren op de theorie (‘eigenlijk zou je het zo moeten doen, maar het kan ook anders’) en waar doe ik dat vooral niet omdat het dan te onduidelijk wordt? Kortom, de balans tussen principe en pragmatisme. Het is meteen ook een aardige confrontatie met ons boek over het Leiderschap van de programmamanager, want in hoeverre doe ik het nu zelf zoals we daarin beschrijven…?

In kaart brengen van de lerende organisatie

“Ik vind het (red. Queeste naar goed werk) een mooi boek, Manon”, gaf Rudy Kor me pasgeleden terug. Dat voelde als een groot compliment van deze meester. Ik was er stil van en zat nog even te zoeken naar woorden, toen erachteraan kwam: “alleen die verbinding van de lerende organisatie naar goed werk, en die uitwerking in de tweede helft van je boek, die heeft nog wat aandacht nodig en waarom blijf je toch maar verwijzen naar die dames, uhh, hoe heten ze ook alweer.” Je hebt gelijk, Rudy, daar is nog volop ruimte voor ontwikkeling. Die dames, Marsick en Watkins, zijn de grondleggers en als zodanig verdienen ze de credits. Ik werk op hun gedachtengoed verder, samen met tal van organisaties die hierover vragen hebben, die niet willen blijven steken in beleidsdocumenten. Inmiddels kunnen we die lerende organisatie redelijk goed in kaart brengen en ontstaat houvast voor verder ontwikkeling. Nog veel te doen, maar zeker wel een van de mooie ontwikkelingen van het afgelopen jaar.

Zomaar een kleine greep uit een prachtig jaar. Graag willen we alle opdrachtgevers die ons de kans hebben gegeven in hun organisaties met hen aan het werk te gaan, daarvoor hartelijk bedanken! Dat geldt ook voor alle mensen waarmee we samenwerkten en die ons hielpen in het opzetten van ons bedrijf en in de uitvoering van onze opdrachten. Hartelijke dank!

Wij gaan ervoor om ook in dit nieuwe jaar weer verder vorm te geven aan goed werk in organisaties. We wensen jou en de mensen die je dierbaar zijn een goed 2019 toe: een jaar dat goed is, goed doet en goed voelt!